Stel: een school verhuist naar een nieuwe locatie met nieuw meubilair en veel moderne leermiddelen. In het personeelsbestand heeft zich een groot aantal wijzigingen voorgedaan. Er is een enthousiaste directeur en dito ICT coördinator. Het team staat open voor vernieuwingen, zonder nu meteen de vertrouwde werkwijze in één keer overboord te willen zetten.
Het geeft mogelijkheden voor een nieuwe start en biedt potentie om de gang van zaken op school opnieuw tegen het voetlicht te houden. Zo dacht ook Marten Hazenberg, directeur van CBS Van Panhuys uit Leek erover. Hij is zich gaan oriënteren op een ander onderwijsconcept. Wat wil ik in mijn school veranderen en hoe kan ik dat aanpakken? Wat is nu daadwerkelijk effectief? Natuurlijk passeren in zo’n denkproces woorden als Dalton, Jenaplan en Montessori de revue.
Hij liep (via www.watwerktopschool.nl ) aan tegen een onderzoek van onderwijswetenschapper Marzano. Uit een meta-analyse van 1.200 onderwijsonderzoeken (zowel uit de VS, Canada en Europa) is gebleken dat er 11 factoren zijn die een positieve invloed hebben op de leerprestaties. Een van de 11 is bijvoorbeeld de didactische aanpak van de leraar. Als die beter wordt, krijgen we hogere leerprestaties. Vervolgens is per factor op basis van de onderzoeken vastgesteld welke zaken specifiek tot hogere leerprestaties leiden.
Hierbij is dus niet gekozen voor één van de heersende onderwijsopvattingen, maar voor een samenstel van de meest effectieve elementen. Op basis hiervan besloot CBS Van Panhuys een nieuwe impuls te geven aan onderwijsvernieuwing.
Men heeft ervoor gekozen om de factor ‘Pedagogisch handelen en Klassenmanagement’ als eerste aan te pakken. Deze staat het dichtst bij de lespraktijk. Van daaruit worden in een meerjaren traject de andere factoren uitgewerkt.
ICT speelt hierbij een rol. De ICT coördinatrice heeft gesprekken gehouden met teamleden en observaties in de klassen gedaan m.b.t. het gebruik van ICT in de klassen. Daarna is in overleg met de directie is een beleidsplan opgesteld. De eerste opmerking in dit plan is dat de school een geleidelijke overgang wil van onderwijs als overdracht (globaal gezegd: oefenen op niveau met ICT) naar interactief onderwijs (waarbij leerlingen meer samenwerken, zelf op onderzoek gaan en hun werk goed kunnen presenteren). ICT als hulpmiddel om de leerstof te oefenen staat, net als pedagogisch handelen en klassenmanagement’, dicht bij de belevingswereld en praktijkervaringen van de leerkrachten. Vanuit die basis is de ontwikkeling gemakkelijker te realiseren. In die zin sluiten de ingeslagen weg en de inzet van ICT goed op elkaar aan.
Enkele doelen van het ICT beleidsplan die op korte termijn gerealiseerd gaan worden:
• We willen educatieve software inzetten dat delen van de methode voor taal/lezen en rekenen vervangt en alle mogelijkheden die het programma daarvoor in zich heeft benutten. De programma’s bieden ons structuur en de leerling en leerkracht kunnen de ontwikkeling goed volgen.
• Wij willen leerkrachten die de programma’s waar de leerlingen mee werken, beheersen zodat we een goede coach kunnen zijn.
Dit klinkt nog niet zo vreselijk ambitieus en vernieuwend, maar het is een bewuste keuze: starten bij de belevingswereld van de leerkrachten. Van daaruit worden in de komende jaren stappen gezet naar een interactief gebruik van ICT. Die ambities zijn tevens verwoord als doelstellingen in het genoemde plan.
Wij wensen de school veel succes!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten